Dwangmedicatie

Dwangmedicatie

KC21-018 31 juli 2021

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

Inzake : [klaagster]
Klachtnummer : KC21-018
Instelling : Pro Persona
Datum ontvangst klacht : 19 juli 2021
Schorsingsverzoek : n.v.t.
Hoorzitting : 28 juli 2021 (digitale conferentie Starleaf)
Datum beschikking : 1 augustus 2021

 

 

 

Uitgenodigd voor hoorzitting en aanwezig

[klaagster] (klaagster)

[PVP] (PVP)

 

[verweerder] (verweerder)

 

[voorzitter] (voorzitter klachtencommissie)

[psychiater] (psychiater)  `

[lid] (lid)

 

Mevrouw A. Korporaal (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

Juridische status

Zorgmachtiging 

 

Klacht

  1. Medicatie
  2. Opname gesloten afdeling

 

Procesverloop

De klachtencommissie heeft op 19 juli 2021 een klachtbrief ontvangen inzake medicatie en opname op een gesloten afdeling. Alle partijen zijn op 20 juli geïnformeerd over de ingediende klachten en  uitgenodigd voor de hoorzitting. De klachtencommissie heeft op 26 juli 2021 het verweerschrift inclusief bijlagen ontvangen en dezelfde dag doorgestuurd naar alle partijen.   

De hoorzitting heeft op 28 juli 2021 plaatsgevonden middels videoconferentie. Bij die gelegenheid hebben beide partijen hun standpunt kunnen toelichten. De voorzitter heeft medegedeeld dat partijen uiterlijk op 1 augustus 2021 de uitspraak van de klachtencommissie tegemoet kunnen zien.

 

De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:

-           Ingediende klacht;

-           Verweerschrift;

-           Beslissing verlenen verplichte zorg d.d. 21-5-2021 en d.d. 28-6-2021;

-           Informatiebrief verplichte zorg d.d. 21-5-2021 en d.d. 22-5-2021;

-           Behandelplan (Z.D., d.d. 21-5-2021, d.d. 31-5-2021, d.d. 14-6-2021 en d.d. 28-6-2021);

-           Zorgmachtiging d.d. 29-6-2021;

-           Kennisgeving mondelinge uitspraak RB d.d. 2-6-2021;

-           Proces Verbaal d.d. 17-5-2021.

 

Termijn

Het klaagschrift bevat klachten als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klachten hebben betrekking op een beslissing waarvan het gevolg actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen twee weken na ontvangst van het klachtenformulier een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 1 augustus 2021.

 

Feiten

Klaagster is een 30 jarige vrouw, sinds 2017 in zorg bij het VIP team [locatie] in verband met recidiverende psychotische episodes. Klaagster is van 2-10-2019 t/m 20-02-2020 gedwongen opgenomen geweest vanwege een floride psychotisch toestandsbeeld waarvoor dwangbehandeling werd opgestart. Na ontslag is klaagster ambulant behandeld op basis van een zorgmachtiging. De huidige machtiging loopt t/m 29-04-2022.

 

Standpunten van partijen

Klaagster is het niet eens met de beslissing verplicht zorg in de vorm van een depot. Zij wil klinisch de medicatie afbouwen zodat de behandelaar dit verantwoord kan doen. Ook wil klaagster overgeplaatst worden naar een besloten/open afdeling. De medicatie zorgt voor vermindering v/d kwaliteit van leven en opname op de gesloten afdeling ervaart klaagster als te stressvol.

Verweerder geeft aan dat het voorgeschreven depot haloperidol is verlaagd tot een dosering van 50mg/4 weken. Klaagster is het niet eens met de medicamenteuze behandeling, de gestelde diagnose en de zorgmachtiging. Hier is veel aandacht voor geweest binnen de behandeling van het VIP.

Het VIP rapporteert dat klaagster in de periode februari/maart 2021 toenemend afwerend en vijandig gedrag liet zien, waarbij afspraken gesaboteerd werden en het depot niet kon worden toegediend. Om niet direct over te hoeven gaan op een geforceerde opname in de gesloten kliniek werd begin april 2021 afgesproken om wekelijks Acemap onder toezicht in te nemen (opdat klaagster ook gezien en gesproken kon worden). Dit heeft klaagster eenmaal geaccepteerd en daarna heeft zij hulpverlening niet meer binnen gelaten. In de daaropvolgende weken heeft patiënte allerlei psychotische uitlatingen gedaan op social media en liep met ontbloot bovenlijf over straat. Gezien de weigering van medicatie, blokkeren van contact met hulpverlening en duidelijke aanwijzingen voor terugval in psychotisch gedrag met maatschappelijke teloorgang is klaagster onder haar lopende zorgmachtiging op 21 mei 2021 opnieuw opgenomen.

Bij opname was sprake van psychotische ontregeling met achterdocht, betrekkingsideeën, paranoïde wanen en gestoorde realiteitstoetsing waarvoor antipsychotische behandeling noodzakelijk is om het toestandsbeeld te verbeteren. Op deze wijze kan verdere maatschappelijke teloorgang en ernstig nadeel afgewend worden waarbij een succesvolle behandeling de kans vergroot toe te werken naar een vorm van zelfstandig wonen. Op basis van de behandeling met depot-medicatie lijkt er sprake te zijn van een pril herstel. Klaagster heeft tijdens de opname meermaals aangegeven geen medicatie te willen gebruiken. Dit is in lijn met het eerder ambulant staken van de medicatie. Gezien dit standpunt en ervaringen vanuit het verleden is de inschatting dat behandeling enkel middels antipsychotische behandeling in depotvorm mogelijk is.

Verweerder motiveert de plaatsing op een gesloten afdeling vanuit het beschreven toestandsbeeld met ongeoorloofde verloven en beperkte samenwerking. Plaatsing op een besloten afdeling met open deur is op dit moment niet passend aldus verweerder, mede gezien de beperkt aanwezige begeleiding.

Op een vraag van verweerder tijdens de hoorzitting legt de voorzitter uit dat een klager een klacht mag indienen over eenzelfde onderwerp wanneer er sprake is van een nieuwe zorgmachtiging of wanneer de termijn van de aangezegde verplichte zorg afwijkend is van de termijn van de zorgmachtiging (korter). In dit geval is er sprake van een nieuwe zorgmachtiging. De voorzitter geeft verweerder complimenten voor het heldere verweerschrift en de volledigheid van aangeleverde stukken.

Klaagster licht toe dat de medicatie haar beperkt in haar functioneren. Ze kan daardoor niet werken, voelt geen emoties en heeft o.a. last van misselijkheid. Klaagster wil graag therapie volgen maar zonder medicatie verder herstellen. De patiëntenvertrouwenspersoon vult aan dat klaagster graag de medicatie wil afbouwen in klinische setting zodat dit verantwoord kan gebeuren.  

Verweerder benadrukt nogmaals dat er sprake is van een ernstig toestandsbeeld waarbij depot noodzakelijk is om de psychotische klachten te stoppen. Momenteel is gering herstel zichtbaar.  

Op een vraag van de commissie geeft klaagster aan dat ze niet ziek is. Het beeld dat geschetst wordt door behandelaren komt totaal niet overeen met wie zij is. ‘Ik ben niet psychotisch, kan alleen maar slapen en niet goed functioneren’, aldus klaagster. Klaagster vertelt dat ze gisteren bij haar zus op bezoek was die aangaf klaagster niet meer te herkennen omdat ze niet meer geniet van het leven. Ze lijkt totaal iemand anders.

De dreigende uithuiszetting verklaart klaagster vanuit het feit dat ze door de medicijnen niet in staat was om te werken. Daardoor verdiende ze geen geld en kon ze de huur niet betalen. Ze heeft wel geprobeerd om ondersteuning te krijgen van maatschappelijk werk zodat ze een uitkering kan aanvragen met terugwerkende kracht.  

De commissie heeft in het dossier gelezen dat klaagster meerdere malen zwervend op straat aangetroffen is en door de politie is teruggebracht naar huis. Klaagster antwoordt dat ze graag wandelt. Ze moet voor de uitkering ook bereid zijn om te reizen. Daarom is ze naar [plaatsnaam] gegaan om te wandelen en terug te gaan met het openbaar vervoer.  

Klaagster beaamt nogmaals dat ze niet bereid is om medicatie te accepteren. Ze gelooft niet in de werking van medicijnen. Staat wel positief tegenover therapieën om inzicht te krijgen in haar eigen gedrag.  

Verweerder is bekend met de wens van klaagster om therapieën te volgen. Klaagster is aangemeld bij het FACT-team en zij hebben diverse behandelopties met klaagster besproken. Klaagster houdt erg veel af. Tot op heden is er geen overeenstemming over een passende therapievorm. Het VIP wordt nu ook betrokken bij de behandeling aldus verweerder. Meestal blijft het echter beperkt tot erg korte gesprekken omdat klaagster niet in de samenwerking is.

Klaagster merkt op dat ze alleen bekend is met het VIP maar niet met FACT. Ze heeft last van veelvuldige wisselingen van medewerkers. Soms had ze een goede klik met iemand en dan ging hij kort daarna weer weg. Dan moest ze steeds haar verhaal weer opnieuw vertellen.

Naar aanleiding van een vraag over haar toestandsbeeld voor opname geeft klaagster aan dat zij toen al medicatie gebruikte maar het ook ambulant niet goed met haar ging.   

Ten aanzien van de beperkte vrijheden licht klaagster toe dat ze soms wegloopt omdat ze zich op de afdeling niet veilig voelt. ‘Mensen snijden zichzelf hier, dat doe ik niet’, aldus klaagster. Ook vernielen mensen soms hun kamer. ‘Dan ren ik naar mijn eigen huis. Daar doet niemand dat’.

Verweerder heeft klaagster enkele malen geagiteerd meegemaakt op de afdeling. Hij ziet nu een redelijk herstel in haar toestandsbeeld. We kunnen nu in ieder geval weer dit soort gesprekken voeren. Er was voorheen ook sprake van extern gevaar aldus verweerder. We waren bang dat anderen haar iets zouden aandoen. Behandelaren vinden de samenwerking erg belangrijk en geven klaagster daarom steeds opnieuw vrijheden, ondanks het wegloop gedrag.

Verweerder gunt klaagster de overstap naar een open afdeling en zal dit zeker ondersteunen op het moment dat het toestandsbeeld dit toelaat. Dat is nu nog niet mogelijk aldus verweerder. ‘We zijn wel goed op weg’. Klaagster beaamt dat ze gisteren bij een overleg aanwezig was waar dit met haar besproken is.

PVP merkt nog op dat klaagster liever een beetje uit balans is dan met medicatie moet leven. Verweerder is van mening dat ‘een beetje uit balans’ een understatement is vanuit de geschiedenis van klaagster en haar huidige situatie.

 

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Aangezien de klacht is gericht tegen de uitvoering van de verplichte zorg zorgmachtiging zoals bedoeld in artikel 8.9 Wvggz is de klacht ontvankelijk.

 

Gronden en overwegingen

Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.

Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:

  1. zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
  2. met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
  3. voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.

 

Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften als vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.

 

Klaagster is een 30 jarige vrouw, met recidiverende psychotische episodes. Zij klaagt over de verplichte medicatie met antipsychotica en de plaatsing op een gesloten afdeling.  Klaagster wil geen medicatie omdat dit haar beperkt in haar functioneren. De beslissing verlenen verplichte zorg d.d. 21-5-2021 en d.d. 28-6-2021 en de informatiebrief verplichte zorg d.d. 21-5-2021 en d.d. 22-5-2021 zijn uitgereikt en besproken met klaagster. Er is voorafgaand ingezet op het motiveren van klaagster om medicatie vrijwillig te nemen naast de behandelopties die zijn aangeboden. Uit het dossier blijkt dat klaagster in de ambulante setting de medicatie niet vrijwillig inneemt en haar toestandsbeeld verslechtert. Uiteindelijk wordt klaagster geplaatst op een gesloten afdeling.

 

Uit het dossier en de hoorzitting blijft dat verweerder in gesprek is met klaagster, alternatieven heeft aangeboden, maar uiteindelijk verplichte zorg (medicatie en overplaatsing naar een gesloten afdeling) heeft ingezet om het ernstig nadeel te beperken. Klaagster komt bij verloven regelmatig niet terug.

 

Verweerder gunt klaagster de overstap naar een open afdeling en zal dit zeker ondersteunen op het moment dat het toestandsbeeld dit toelaat. Dat is nu nog niet mogelijk aldus verweerder. ‘We zijn wel goed op weg’. Klaagster beaamt dat ze gisteren bij een overleg aanwezig was waar dit met haar besproken is. Vanuit de wens om in de samenwerking te blijven geeft verweerder klaagster steeds opnieuw vrijheden, ook al komt klaagster die afspraken regelmatig niet na. De commissie stelt vast dat de verplichte zorg terecht is ingezet.

 

Wat betreft de formele aspecten van de verplichte zorg stelt de commissie vast dat deze voldoen aan de wettelijke vereisten die hiervoor zijn gesteld.

 

De commissie ziet de medische noodzaak van de antipsychotica en de plaatsing in een gesloten afdeling om de ernstige nadelen voor klager te beperken. Dit maakt dat de beide klachten ongegrond zijn.

 

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart de beide klachten ongegrond.

 

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

Aldus besloten te [locatie], 1 augustus 2021

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[voorzitter]

Voorzitter Wvggz Klachtencommissie

Aantal bladzijden: 5